Door teken overgebrachte ziektes
Teken kunnen verschillende ziektes overbrengen op honden. Daarom is het van belang om uw hond goed te beschermen tegen teken. Zie hiervoor ook deze pagina. In Nederland kunnen teken de Borrelia bacterie (ziekte van Lyme) overbrengen op uw hond. Babesia en Ehrlichiose kunnen overgebracht worden door teken die voorkomen in Zuid- en Oost-Europa. Hieronder volgt een overzicht van het verloop, de diagnose en behandeling van deze ziektes.
Lyme (Borrelia)
Teken in Noord- en Centraal-Europa kunnen besmet zijn met de Borrelia bacterie. Buiten Europa komt Borrelia ook in Amerika voor. Deze bacterie kan de ziekte van Lyme veroorzaken. Volgens recent onderzoek is 20 tot 40% van de Nederlandse Ixodes teken besmet met Borrelia. Teken kunnen deze bacterie bij zich dragen doordat ze bij een met Borrelia besmet dier bloed hebben gezogen. Als deze teek vervolgens een ander dier (of mens) bijt kan zij de bacterie overbrengen. Meestal gebeurt dit tussen de 16 en 65 uur nadat de teek zich heeft vastgebeten.
In tegenstelling tot bij mensen blijft bij honden de ziekte van Lyme vaak zonder symptomen. De bekende erythema migrans (rode kring rondom de beetplek) wordt bij honden vrijwel nooit gezien. Na infectie kan het nog 2 tot 5 maanden duren voordat er symptomen zichtbaar worden. Slechts 5% van de geïnfecteerde honden krijgt symptomen. Dit zijn vaak vage klachten zoals; koorts, lusteloosheid, slechte eetlust, wisselende kreupelheid, gezwollen lymfeklieren en nierschade.
Bij verdenking op besmetting met Borrelia is het via een direct bloedonderzoek helaas erg lastig om de bacterie zelf aan te tonen. We kunnen echter wel indirect de aanwezigheid van Borrelia aantonen met een ander bloedonderzoek. Met deze bloedtest worden antilichamen tegen Borrelia aangetoond. Het lichaam moet derhalve wel de kans hebben gehad om antilichamen te maken, daarom kan de test pas vanaf 21 – 35 dagen na besmetting plaatsvinden.
Als er een Borrelia infectie wordt aangetoond is deze in een vroeg stadium met antibiotica te behandelen. Als de ziekte al verder gevorderd is, dan kunnen bepaalde chronische symptomen zoals nierschade en kreupelheid blijvend zijn.
Babesia
Teken (Dermacentor reticularis) in Zuid-, Midden- en Oost-Europa kunnen besmet zijn met de bloedparasiet Babesia. Buiten Europa komt Babesia ook voor in tropische/warme landen, bijvoorbeeld Afrika, Azië en Australië. Deze bloedparasiet zit in de rode bloedcellen en vrouwelijke teken geven deze parasiet door aan hun nakomelingen. Besmette teven kunnen de parasiet ook overbrengen op hun pups.
Nadat een hond besmet is geraakt met Babesia zien we de eerste symtomen vaak binnen 6 tot 21 dagen. Veel voorkomende symptomen zijn; lusteloosheid, koorts, slechte eetlust, rode tot theekleurige urine, bloedarmoede en algemene symptomen van ziekte. Als de ziekte langere tijd aanwezig is spreekt men van een chronische infectie. Deze dieren hebben periodes met maar ook periodes zonder koorts, zijn zwak, vallen af en hebben bloedarmoede. Ook kan er sprake zijn van aantasting van de lever en nieren.
Via een bloedonderzoek is het mogelijk om Babesia aan te tonen. In de acute fase kan de parasiet worden gezien met een microscoop in de rode bloedcellen van een gekleurd bloeduitstrijkje. Helaas lukt het niet altijd om de parasiet op deze manier aan te tonen, ook al is de parasiet er wel. Er is gelukkig ook een andere test beschikbaar om de diagnose te stellen: de zogenaamde PCR test. Hierbij wordt gezocht naar het DNA van deze bloedparasiet. 1 tot 2 dagen na infectie kan met een PCR test de aanwezigheid al worden aangetoond. Bij een chronische infectie is het soms lastiger on Babesia aan te tonen, omdat de parasiet in bepaalde periodes in een rustfase zit en dan niet aangetoond kan worden. Bij verdenking van een chronische Babesia infectie zijn er ook nog andere bloedtesten mogelijk in combinatie met de PCR test, om Babesia aan te tonen.
Babesia is vervolgens te behandelen met medicatie, die echter niet zonder bijwerkingen is. Indien er sprake is van ernstige bloedarmoede, is soms een bloedtransfusie noodzakelijk.
Ehrlichiose
Ehrlichiose wordt veroorzaakt door de bacterie Erhlichia. Deze bacterie komt voor bij teken (Rhipicephalus sanguineus) in tropische/warme landen. In Europa komen ze alleen in het zuiden voor. In het Nederlandse klimaat kan deze tekensoort alleen binnenshuis overleven.
Honden die besmet worden met Ehrlichia zullen verschillende fases doorlopen. Na 8 tot 20 dagen komen dieren in de acute fase van besmetting. De dieren zijn vaak algemeen ziek, hebben koorts, zijn lusteloos, hebben slechte eetlust, en kunnen benauwd zijn. Deze fase kan 2 tot 4 weken duren. Vervolgens volgt de subklinische fase. In deze fase zijn er geen symptomen waarneembaar. Dit kan soms maanden tot jaren duren. Daarna volgt de chronische fase. Symptomen die bij deze fase horen bestaan onder andere uit; koorts, slechte eetlust, gewichtsverlies, vergrote lymfeklieren, gewrichtsontstekingen, spierontstekingen en stollingsstoornissen (wat zich uit in bijvoorbeeld neusbloedingen).
Afhankelijk van de fase waarin Ehrlichiose aanwezig is zijn er verschillende bloedonderzoeken mogelijk om deze bacterie aan te tonen. Met een PCR techniek is het mogelijk om vanaf 4 tot 10 dagen na infectie de bacterie aan te tonen. In de chronische fase is deze test niet altijd effectief en zullen er andere tests gedaan moeten worden.
Erhlichiose is te behandelen met antibiotica, maar dit is niet altijd even effectief en sommige dieren vertonen een terugval.
Voorkomen is beter dan genezen
Ziektes die door teken over gebracht kunnen worden zijn erg gevaarlijk en ingrijpend voor een hond. Realiseert u zich dat uw hond niet meenemen op vakantie naar warme landen de enige manier is om geen risico te lopen op deze ziektes! Als u dit risico toch wil nemen en uw hond perse mee wil nemen op vakantie naar een warm land, dan raden wij aan om uw hond goed tegen teken te beschermen en minimaal 1 x per 24 uur te controleren op teken.